Bolivia 2002



Wij (Ann en Pieter) zijn dit jaar naar Bolivië op reis geweest. We vertrokken op donderdag 4 juli 2002 en kwamen vrijdag 26 juli 2002 terug. Deze reis werd georganiseerd door Joker. Onze groep bestond uit acht personen: Oswald (onze reisbegeleider), Aline, Mieke, Chris, Lieven, Herman en wij twee.

Het in groep reizen heeft zo zijn voordelen. Een boot of een minibusje, een plaatselijke gids en een jeep... met zijn achten is dit zo geregeld!

Onze reisroute leidde ons langs: La Paz, Copacabana, Isla Del Sol, Tiwanaku, Orure, Potosi, Sucre, Salar de Uyuni en de Taquesi trek.

Bolivië is een prachtig land. Meer dan 50% van de Bolivianen zijn indianen, de meesten hebben hun tradities, waarden en gebruiken behouden. Het is een land zonder zee maar met een militaire vloot (op het Titicaca meer), met dorre hoogvlaktes en regenwouden. Bolivië is zeer hoog, je zit op de hoogvlakte rond de 4000 meter en ziet uit op met sneeuw bedekte bergen die er nog duizenden meters bovenuit steken.

Titicaca meer

Het Titicaca meer ligt met haar helderblauwe water op een hoogte van 3820 meter en heeft een diepte van 457 meter. Er wordt beweerd dat dit het hoogste bevaarbare meer ter wereld is.

Dit is een zicht op het Titicaca meer vanuit het eiland Suriqui. Het eilandje stond bekend om het maken van rieten bootjes. Daar is vandaag niet veel meer van te zien, Wel maken ze er veel houten zeilbootjes zoals er op de foto te zien zijn.

Tiwanaku

In 600 na christus waren er in Zuid-Amerika twee grote koninkrijken: de Wari in het Noorden en de Tiwanaku in het Zuiden aan het Titicaca meer. Tiwanaku was de hoofdstad van dit gelijknamige rijk. Er is weinig echt geweten over de cultuur van die tijd en de functie van de tempels en beelden. Vandaag zijn er nog indrukwekkende overblijfselen van die cultuur te bewonderen. De zonnepoort, bekend als Boliviës nationaal icoon, is het meest bekende.

Hier zie je ons voor de overblijfselen van de Puma Punku tempel.


Aardappelvrouwtje op de Altiplano
Op onze terugweg van Tiwanaku kregen we een platte band. Bij gebrek aan een goed reservewiel zaten we daar een paar uurtjes vast op de Altiplano (hoogvlakte). We hebben er dan maar het beste van gemaakt en zijn naar het dichtst bijgelegen boerderijtje gewandeld. De mensen ontvingen ons heel vriendelijk en we mochten eens rondkijken. Daar hebben we deze vrouw gefotografeerd. Ze zit hier aardappelen te sorteren voor de markt.

Tarabuco
De Mercado Campesino, de wekelijkse markt in Tarabuco, is altijd een verzamelplaats voor de mensen van ter plaatse. Tarabuco is een klein dorp op 65 km van Sucre, de hoofdstad van Bolivië. Hier krijg je een straatoverzicht van één van de steegjes waar de markt wordt gehouden. Naast dagelijkse producten worden er ook veel artesanalia verkocht, dit trekt natuurlijk vrij veel toeristen aan. Ondanks deze toevloed blijft het marktje toch nog zijn typische sfeer behouden

Potolo Canyon
Dit is een canyon op weg naar Potolo. Potolo is een weversdorpje in de buurt van Sucre. Het staat bekend voor zijn typische Jalq'a stoffen. De route er naartoe staat garant voor mooie vergezichten en afwisselende landschappen.

Salares de Uyuni
De 1200 vierkante kilometer grote zoutvlakte staat bekend als de Salares de Uyuni. Dit deel van de Altiplano was vroeger totaal bedekt met water. Daar er hier geen rivieren zijn, kon het smeltwater van de bergen niet weg en liep naar het diepste punt. Nadat dit meer verdampte, bleven de mineralen en het zout achter. Dit zout wordt ontgonnen en de vlaktes zijn goed voor 18 000 ton per jaar.

Hier zie je Ann op de zoutvlakte. Op de achtergrond zie je Isla del Pescadore.



Isla de Pescadore
In het midden van de Salares bevindt zich een zwart eilandje: Isla de Pescadore. Dit "visserseiland" is een oud koraalrif en dat zie je nog altijd aan de structuur van de rotsen. Vandaag de dag is het een zwart kaal stuk rots, enkel begroeid met cactussen. Het steekt sterk af tegen de witte achtergrond van de zoutvlakte.


Reflectie in de Salares
In het droog seizoen staat er normaal gezien geen water op de zoutvlaktes. Daar er dit jaar een vrij zware sneeuwstorm was, stond er hier en daar toch een tiental centimeter water. Dit gaf prachtige weerspiegelingen en surrealistische landschappen met zwevende bergen en reflecties van wolken op de grond. Op sommige plaatsen wist je niet meer wat lucht en wat nog grond was.



San Juan
San Juan is een klein dorpje naast de Salares. Er valt weinig te beleven, maar wij hebben echt genoten van onze avondwandeling daar. Ook de plaatselijke "pub" die doorgaat voor een heuse discotheek staat garant voor een paar uur plezier (voor toeristen steken ze de open haard aan wat de koude iets verdrijft).


Lagune Verde
Een tocht doorheen het Reserva Nacional de Fauna Andina Eduardo Avaroa (ERA) in het Zuid Westen van Bolivië is zeker de moeite waard. Naast geisers, warmwaterbronnen en prachtige bergpassen kom je hier allerlei gekleurde bergmeren tegen: de Lagune Colordo met zijn roestrode kleur, de felgroene Lagune Verde en de Lagune Blanca die echter blauw ziet.

Op deze foto is de Lagune Verde te zien. Ze krijgt haar groene kleur uit hoge concentraties lood, zwavel, arsenicum en calcium carbonaat. Deze combinatie samen met de vele mineralen maakt het meer bijna onbevriesbaar. De "lagune" was door de extreme koude van de dagen ervoor toch bevroren. Spijtig genoeg kwam daardoor de echte groene kleur niet honderd procent tot zijn recht maar het gaf wel prachtige zichten zoals dit.


Taquesi
Op de tweedaagse Taquesi trek kom je prachtige landschappen tegen. Je wandelt over een eeuwenoude Inca pad vanuit het hooggebergte van de Andes recht de Yungas en het regenwoud in.

Het dorpje Taquesi ligt ergens midden op deze route. Het is alsof je terug in de middeleeuwen stapt. Hier ontmoeten de warme lucht uit het Amazone gebied en de koude lucht uit de Andes elkaar. Dit is goed voor mist, wolken en vochtige lucht.



Wij hebben in ieder geval genoten van onze reis door Bolivië. De hoogte, de oude culturen, de landschappen, de mensen en gewoontes van vroeger en nu, de natuur... het zijn maar enkele aspecten die Bolivië aantrekkelijk maken. Het klimaat en de economische situatie van het land maken het reizen niet altijd even vanzelfsprekend, maar dit Zuid-Amerikaanse land is vrij goed georganiseerd en relatief veilig. Een echte aanrader dus voor iedere wat avontuurlijkere trekker.

Deze laatste foto is er één van de Taquesi trek. Het is het bergmeertje waar we na twee uurtjes klimmen (tot 4650 m) ons middagmaal aten. Het zonnetje scheen en vanaf hier ging de ganse route bergaf de Yungas in, wat een mooi vooruitzicht was.